Selecteer een pagina

Een tekstbespreking: waarom en hoe dan?

In tekstbesprekingen kunnen kinderen leren om hun tekst kritisch terug te lezen, hoe ze kunnen nadenken over de informatie erin, over de woordkeuze, over zinnen, de toon, en hoe je het aanpakt als je iets wil verbeteren. Praten over teksten en de keuzes die schrijvers hebben gemaakt zou structureel deel moeten uitmaken van het schrijfonderwijs.

Bij een tekstbespreking laat je een tekst op het bord zien, die je met de kinderen leest en bespreekt. Dat kan een voorbeeldtekst zijn of een voorlopige versie van een tekst van een leerling. Een geschikt moment voor een tekstbespreking is wanneer de kinderen een eerste versie van hun tekst hebben geschreven. Die hoeft niet af te zijn, al staan er maar een paar zinnen, een tekst is altijd bespreekbaar.

De schrijver is de baas

Bij een tekstbespreking krijgt de schrijver (die ik voor het gemak ‘hij’ noem, maar het kan net zo goed ‘zij’ zijn) vragen over zijn tekst en daarna suggesties voor verbetering. Een belangrijke spelregel is dat de schrijver de baas blijft over zijn eigen tekst. Ook al zijn de tips nog zo goed, als de schrijver niks wil aanpassen in zijn tekst, verandert er niks. Dat maakt het voor kinderen veilig om hun tekst aan te bieden voor een tekstbespreking. Er is in mijn groep altijd animo voor.

Compliment

Herhaal om te beginnen de opdracht en het doel van de tekst, en lees de tekst klassikaal voor. Geef daarna als eerste altijd een concreet inhoudelijk compliment over de tekst. Dus niet: ‘Wat een leuk verhaal!’ Merk op wat het zo leuk maakt. Een te algemeen of cliché compliment over een tekst is niet heel geloofwaardig, zeker als er daarna allerlei suggesties voor verbetering volgen. Een concreet compliment kan bijvoorbeeld gaan over een mooi geformuleerde zin, een goede beginzin, treffende woorden, de juiste toon of interessante informatie. Hoe matig of slecht je de tekst ook vindt, merk toch altijd iets goeds op.

Begrijpelijk

Daarna bespreek je een stukje van de tekst met de schrijver en de rest van de groep. Vaak zijn een paar zinnen al genoeg. Ben je er zelf nog onervaren mee en de kinderen ook, begin dan gewoon alleen met verduidelijkingsvragen om goed te begrijpen wat er staat. Maak je niet druk om vereisten als wie, wat, waar, of andere verplichte vormeisen die soms aan teksten worden gesteld. Te vaak wordt daar alle nadruk op gelegd, in plaats van precies te lezen en na te denken over wat er nou eigenlijk staat en hoe een lezer dat opvat. Maak je niet druk om wat goed of fout is volgens een bepaalde norm; lees nauwkeurig en let op wat je goed vindt en waar je meer of andere informatie zou willen. Als een verhalende tekst boeit, is de schrijver al goed op weg. Dat geldt ook voor een feitelijke tekst met objectieve informatie en een waarderende tekst waarin duidelijk is wat een standpunt en een argument is. Laat je in eerste instantie vooral leiden door begripsvragen als: begrijp ik in deze zin precies wat de schrijver bedoelt? En stel vragen vooral vanuit je nieuwsgierigheid, niet vanuit kritiek.

Vragen stellen

Nodig kinderen uit om ook vragen te stellen en laat de schrijver de beurten geven. Je kunt een ander kind de vragen en suggesties laten noteren, zodat de schrijver die later nog heeft als hij zijn tekst wil verbeteren. Soms hebben kinderen (en niet alleen kinderen) de neiging om bij vragen over hun tekst in de verdediging te schieten. Ze geven dan telkens een ‘ja, maar…’ antwoord op een vraag, omdat ze die opvatten als kritiek. Benadruk dan dat ze niet overal antwoord op hoeven geven, dat ze de vragen alleen ter inspiratie krijgen en dat het voor schrijvers handig is om te weten hoe een lezer opvat wat ze hebben geschreven. Misschien kunnen ze nog ietsje preciezer zijn als het niet helemaal duidelijk is overgekomen.

Samen aanpassen

Het is helemaal niet vanzelfsprekend dat kinderen na tips voor verbetering, ook weten hoe ze die kunnen verwerken in hun tekst. Doe dit dus voor, in samenwerking met de schrijver en met hulp van de groep. Als bijvoorbeeld is opgemerkt dat het niet duidelijk is waar het verhaal zich afspeelt of hoe de hoofdpersoon reageerde toen er iets heftigs gebeurde, bedenk dan samen met de kinderen aanvullende woorden of een betere zin en pas dat daadwerkelijk aan in de tekst.
Na een tekstbespreking, die je ongeveer een kwartiertje laat duren, kun je kinderen in tweetallen hetzelfde laten doen als je klassikaal hebt gedaan. Ze gaan elkaars tekst lezen, of lezen die aan elkaar voor, en stellen elkaar vragen ter verduidelijking. Daarna kan iedereen zijn eigen tekst verbeteren en/of verder schrijven. Je kunt kinderen dat ook samen laten doen. Te vaak is schrijven een puur individuele taak, die ook nog als een soort toets wordt beschouwd, maar samen schrijven kan juist leuk en heel leerzaam zijn!

Doel

Belangrijk bij tekstbesprekingen is dat kinderen daarna altijd nog gelegenheid krijgen om hun eigen tekst aan te passen. Het is een stap in het schrijfproces, een formatief evaluatiemoment. Het voordeel ervan is dat de hele groep kan leren van de tekst van een klasgenoot. Tekstbesprekingen kunnen je veel nakijkwerk besparen, want je creëert een effectiever leermoment dan beoordeling achteraf. Van een score achteraf leert een kind niet beter schrijven.

Tekstbesprekingen kun je ook inzetten om kinderen te leren een tekst te redigeren, ofwel controleren op interpunctie en spelling. Veel kinderen vinden dat een taaie en saaie bezigheid. Ik ook, en daarom benoem ik dat gewoon, maar ik vertel ook dat het erbij hoort, want je hebt er niks aan als een lezer je tekst niet goed snapt of afhaakt omdat het lezen ervan lastig is. Belangrijk bij leren redigeren is dat kinderen zin voor zin checken, dus niet in het wilde weg foutjes in de tekst zoeken alsof het een zoekplaat is. Succeservaringen zijn extra belangrijk bij een saaie bezigheid als redigeren, dus laat ze liever een paar zinnen zorgvuldig doen, dan veel slordig, waardeer wat goed gaat en bouw het geleidelijk uit naar meer.

Petra de Lint

Petra de Lint

Petra is leerkracht in het basisonderwijs en is ook opgeleid in de communicatiewetenschappen en journalistiek. Ze heeft allerlei teksten geschreven voor verschillende media en doelgroepen en werkte mee aan een taal- en begrijpend leesmethode. Bij Querido volgde ze een cursus creatief schrijven.